Twee Mongolen besmet met builenpest
Inwoners van Mongolië dus, zie je ook aan de hoofdletter toch?
Het westelijk deel van Mongolië is in een lock-down geplaatst vanwege de aanwezigheid van een zeer besmettelijke ziekte. Nee, dit gaat niet over coronavirusjes maar over builenpest. De patiënten, twee broers van 17 en 27. jaar oud, zouden de gevreesde infectieziekte hebben opgelopen na. het eten van marmottenvlees.
Omdat de pest een heel ander kopje thee is dan covid-19, worden er ingrijpende quarantaineregels doorgevoerd. Honderden mensen die met het duo contact hadden worden getest. En ondertussen is een gebied van ongeveer driemaal zo groot als Nederland in lock-down gezet en de grens met Rusland gesloten.
Vooral de oudere broer is er slecht aan toe, volgens lokale media ligt hij in kritieke toestand in het ziekenhuis.
Zwarte dood = geen griepje
De pest klinkt een beetje als een enge reliek uit een ver verleden, maar bestaat in tegenstelling tot de pokken nog steeds. De ziekte maakt nog altijd slachtoffers, zij het op een bescheidenere schaal dan in de Middeleeuwen. Iets meer dan 20.000 mensen raakten tussen 2000 en 2009 besmet met de dodelijke ziekte. Dit gebeurde vooral in armere en afgelegen gebieden.
Dit was in de Middeleeuwen wel anders, toen betekende een builenpestbesmetting in de meerderheid een pijnlijk en kort ziektebed tot de dood. Zonder tussenkomst van arts of antibiotica ligt de mortaliteit boven de 70 procent. De ziekte wordt overgedragen door een bacterie via een vlooienbeet en ontwikkelt zich in 1 tot 7 dagen tijd tot de 'zwarte dood'.
Deze term 'zwarte dood' is niet voor niks: de patiënt ontwikkelt gigantische bulten die zo groot als een zwanenei kunnen worden. Omdat de huid hierdoor afsterft krijgen ze een kenmerkende zwarte kleur. Binnen enkele dagen begeeft het hart het en treedt de dood in.
De ziekte is gelukkig niet van mens op mens overdraagbaar, mits deze persoon natuurlijk geen Aziatische rattenvlooien bij zich draagt. Mocht je bij jezelf op een dag pikzwarte bulten aantreffen, dan is het raadzaam om contact op te nemen met de huisarts.