Burgemeester Sharon Dijksma van Utrecht heeft namens de stad haar excuses aangeboden voor het aandeel van het Utrechtse stadsbestuur in het slavernijverleden. Eerder boden Rotterdam en Amsterdam al hun excuses aan voor de wandaden in de zeventiende eeuw. Uit onderzoek bleek vorig jaar dat ook Utrecht grote hoeveelheden geld heeft geïnvesteerd en terugverdiend uit de handel in tot slaaf gemaakte Afrikanen.

"Erkenning van dit akelige hoofdstuk maakt dat wij lessen kunnen trekken voor de toekomst. Bovendien laten we nazaten van slachtoffers zien dat wij onze geschiedenis niet vergeten, maar juist het gesprek aangaan over het slavernijverleden en de gevolgen hiervan" aldus Dijksma. 

De burgemeester hoopt dat het hier niet bij blijft. "Laat dit een voorbeeld zijn voor het kabinet om op landelijk niveau excuses te maken, want dit is breder dan Utrecht alleen."

De Utrechtse daden in de slavernij kwamen vooral van het provinciebestuur. Daar werd het initiatief voor de oprichting van de West Indische Compagnie gesteund. De stad stak wel geld in verschillende plantages in Suriname.