ABN AMRO door het stof voor slavernijverleden

Bank biedt excuses aan
De bank ABN AMRO heeft zijn excuses aangeboden voor zijn aandeel in het slavernijverleden. "We beseffen dat dit onrecht uit het verleden ook na de officiële afschaffing van de slavernij heeft voortgeduurd. ABN AMRO biedt haar excuses aan voor het handelen en de pijn die deze voorgangers in het verleden hebben veroorzaakt", laat CEO Robert Swaak weten in een reactie op een onderzoek naar het slavernijverleden van de voorlopers van de Nederlandse bank.
Uit dat onderzoek blijkt dat de achttiende-eeuwse banken Hope & Co en R. Mees & Zoonen geld verdienden aan de slavernij. Ze verstrekten bijvoorbeeld leningen aan tientallen plantages die gebruikmaakten van slaven en sloten schadeverzekeringen af voor handelaren die slaven over zee vervoerden. "Tot in detail werd uitgewerkt onder welke condities een vergoeding aan de slavenhandelaar zou worden uitbetaald", zo beschrijft een onderzoeker te verzekeringen.
Hope & Co en R. Mees & Zoonen fuseerden in 1962 tot Mees & Hope en in 1975 werd Bank Mees & Hope overgenomen door de ABN. Deze bank ging in 1991 samen met de AMRO bank tot ABN AMRO. Eerder maakten al wel gemeenten en overheden excuses voor het slavernijverleden, maar dit is de eerste keer dat een groot bedrijf sorry zegt voor zijn directe betrokkenheid.