Het Formule 1-team van Ferrari heeft weer fel uitgehaald naar het plan om het budgetplafond in de sport nog verder te verlagen. Teambaas Mattia Binotto dreigt met Ferrari de raceklasse te verlaten als ze nog minder geld mogen uitgeven.

Vorig jaar hebben de F1-teams met elkaar een budgetplafond van 175 miljoen dollar afgesproken voor 2021. Maar aangezien het seizoen dit jaar overhoop ligt en de teams veel inkomsten mislopen terwijl de kosten blijven, gaan er stemmen op om het budget verder te verlagen. Vorig week hebben de teams met de FIA en de eigenaren van de F1 vergaderd over een budget van 145 miljoen dollar in 2021 en 130 miljoen dollar in 2022, maar ze kwamen er niet uit. Het mag duidelijk dat Ferrari één van de grote tegenstanders was. 

"De 145 miljoen dollar is al veel lager in vergelijking met wat er in juni is voorgesteld.", fulmineert de boze Italiaan tegenover The Guardian. "We kunnen dat niet bereiken zonder offers te maken bij ons personeel. Als het nog lager wordt, moeten we naar andere plekken kijken om race-DNA in te zetten." 

Dreigen

Dat klinkt onheilspellend, maar het is zeker niet de eerste keer dat de Italiaanse renstal dreigt met een vertrek. Het is een dreigement dat de afgelopen jaren vrijwel altijd  wordt ingezet als de toekomstplannen van de sport niet passen bij de ideeën van het steigerende paard. Het is dan ook de vraag hoe serieus je deze uitspraken moet nemen. Aan de andere kant is Ferrari wel het enige team dat al sinds de oprichting van de F1 in 1950 aanwezig is in de sport en daardoor een belangrijk onderdeel uitmaakt van de raceklasse. Ze hebben zeker invloed bij dergelijke grote beslissingen.

Budgetplafond

De discussie over het budgetplafond is nog niet voorbij. De topteams Ferrari, Mercedes en Red Bull behouden hun voordeel ten opzichte van de rest van het veld door bakken met geld in de ontwikkeling van de auto te storten en zijn daarom tegen dergelijke financiele beperkingen. De kleine teams dreigen daarentegen failliet te gaan door de overmacht van de grote fabrieksteams en spreken van oneerlijke concurrentie. Daar komt nog bij dat als de kleine teams omvallen er met de zes overgebleven auto's op de baan weinig van de sport overblijft. De kleine teams zijn dus keihard nodig in de F1 en een budgetplafond zou ze helpen te overleven.