Op vrijdag 20 mei zijn ook in Nederland de eerste besmettingen met het apenpokken-virus bevestigd. De verwachting is dat de komende dagen nog meer besmettingen zullen worden aangetroffen. De ziekte is zaterdag door het kabinet aangemerkt als A-ziekte. Dat betekent dat nieuwe besmettingen of vermoedens daarvan direct gemeld moeten worden. Zo kan verdere verspreiding van het virus voorkomen worden. Dat schrijft minister van Volksgezondheid Ernst Kuipers (D66) zaterdag aan de Tweede Kamer. Deze 'ministeriële regeling' geldt voor acht weken. 

Kuipers: Geen algemene collectieve maatregelen

Het RIVM heeft geadviseerd om de apenpokken aan te merken als A-ziekte. Kuipers  volgt dit advies op. Daarmee is het verplicht voor artsen om de ziekte en het vermoeden daarvan direct te melden. Zo kunnen nieuwe gevallen zo vroeg mogelijk opgespoord en geïsoleerd worden en ook voor hun contacten kunnen er maatregelen, zoals quarantaine, genomen worden. Het gaat nadrukkelijk om de aanpak van individuele gevallen. Er zijn volgens Kuipers geen algemene collectieve maatregelen te verwachten. De manier waarop apenpokken overgebracht wordt en de relatief milde klachten bij de meeste mensen maken dat er geen druk op de zorg verwacht wordt.

Personen met (een verdenking op) apenpokken worden verzocht in thuis isolatie te gaan. Zij kunnen getest worden. Is de test uitslag negatief dan kan de isolatie worden opgeheven. Zijn zij positief, dan worden zij verzocht in isolatie te blijven tot de ziekte niet langer meer besmettelijk is. Dat is op het moment dat de huid volledig genezen is. 

100.000 doses pokkenvaccin op voorraad

In Nederland is tot 1974 gevaccineerd tegen pokken. Het is volgens Kuipers te verwachten dat deze vaccinatie, zelfs na al deze tijd, nog bescherming biedt tegen apenpokken. Nederland heeft daarnaast de beschikking over vaccins tegen pokken die bescherming bieden tegen apenpokken. Nederland heeft 100.000 doses van het Imvanex pokkenvaccin op voorraad. 

Hoog risico contacten van besmette patiënten die naar voren komen in het bron- en contactonderzoek dat wordt uitgevoerd door de GGD, krijgen een eenmalige vaccinatie aangeboden. Deze werkt het best als het vaccin binnen vier dagen na het risicovolle contact wordt toegediend. Naast vaccinatie moeten deze contacten in quarantaine en worden ze door de GGD gemonitord. In Europees verband wordt gekeken naar de aanschaf van meer vaccins, niet alle lidstaten hebben de beschikking over vaccins.